Ruim vijf jaar cel geëist tegen Stint-ondernemers voor dodelijk ongeval in 2018

Het Openbaar Ministerie eist vijf jaar en vier maanden celstraf tegen twee ondernemers vanwege het tragische ongeval met een Stint in Oss in 2018, waarbij vier jonge kinderen om het leven kwamen.

Volgens justitie zijn Stint-oprichter Edwin Renzen, Stint-ontwerper Peter Noorlander en hun bedrijven verantwoordelijk voor het ongeval en schuldig aan valsheid in geschrifte. Tegen de bedrijven van de ondernemers eist het OM geldboetes van 225.000 euro en 135.000 euro.

Op 20 september 2018 werd een Stint met daarin vijf kinderen bij een spoorwegovergang geraakt door een trein. Vier kinderen kwamen om het leven: Dana (8), Liva (4), Fleur (6) en Kris (4). De toen 11-jarige Indy, de oudere zus van Dana en Liva, en de begeleidster raakten zwaargewond en overleefden het ongeluk.

De begeleidster zei dat het op geen enkele manier lukte om te remmen. In 2020 werd besloten de bestuurster niet te vervolgen, omdat ze er volgens het OM alles aan had gedaan om het ongeluk te voorkomen.

Een Stint, ter illustratie

De officieren van justitie spraken vandaag van een “intens verdrietige aanleiding” van de strafzaak. “Het ongeval had een enorme impact. Niet alleen in Oss, het hele land leefde mee.”

Volgens justitie hebben Renzen en Noorlander verzwegen dat de Stint een schadelijk product was, terwijl dat al voor het ongeluk bekend was. “Essentiële veiligheidsvoorzieningen ontbraken en het ontwerp voldeed niet aan de wettelijke eisen”, aldus het OM.

De elektrische bolderkar werd in 2011 op de markt gebracht en daarna steeds aangepast. De problemen met de Stint, waarmee duizenden kinderen werden vervoerd naar onder meer de buitenschoolse opvang, werden echter niet verholpen.

Geen remschakelaar, problemen met gashendel

De afgelopen jaren concludeerden onderzoeksbureaus dat de bolderkar allerlei technische problemen had. Zo was er geen remschakelaar, die voorkomt dat de motor blijft draaien als een bestuurder in de remmen knijpt. “Een onvergeeflijke fout”, aldus justitie. Na het ongeluk werden de bolderkarren wel uitgerust met een remschakelaar. “Het was een kwestie van tijd dat er een ongeval zou gebeuren.”

Het OM wees ook op problemen met de gashendel, die door een gebroken terugkeerveer kon blijven hangen. De Stint kon daardoor door blijven rijden bij het afremmen. Die problemen waren er al sinds mei 2017 en de producenten ontvingen dat jaar en in 2018 veel meldingen van gebruikers over gevaarlijke situaties. De verdachten zouden de problemen hebben gebagatelliseerd. Pas later kregen nieuwe Stints een betere terugkeerveer. Er werd geen terugroepactie gehouden.

Verder neemt justitie het de verdachten kwalijk dat er geen opstartbeveiliging was, waardoor het kon gebeuren dat de Stint direct ging rijden bij het omdraaien van de contactsleutel. Ook werd in 2014 besloten de noodstopvoorziening van de Stint te halen, wat tot gevaar kan leiden als het voertuig doorrijdt terwijl de bestuurder wil stoppen.

Valsheid in geschrifte

Daarnaast hebben de Stint-ondernemers volgens justitie een Duits keuringsrapport “op een kwalijke manier gemanipuleerd”. “Dit zegt veel over het manipulatieve en onbetrouwbare karakter van de verdachten”, zei de aanklager.

De verdachten lieten na het ongeluk remproeven uitvoeren door een Duitse keuringsorganisatie. Bij de eerste test haalde de Stint de wettelijke remvertraging niet, bij een tweede gebeurde dat wel. Volgens justitie werd toen echter een ander voertuig getest, omdat de verdachten de software hadden aangepast. Ze zouden de voor hen gunstige resultaten hebben ingebracht bij bestuursrechtelijke procedures, wat neerkomt op valsheid in geschrifte, zo zegt het OM. De Duitse keuringsinstantie heeft het rapport later ingetrokken.

Justitie denkt verder dat de verdachten opzettelijk in gebruikershandleidingen opnamen dat de Stint aan de Machinerichtlijn, een Europese veiligheidsrichtlijn, voldeed, terwijl dat niet zo was.

Meerdaagse zaak

Vorige week deden de nabestaanden van de slachtoffers hun verhaal in de rechtszaal. Zij nemen het de producenten van de bolderkar kwalijk dat zij sinds het ongeluk vooral bezig zijn geweest met hun eigen zaak en imago, en nooit contact hebben opgenomen of hun medeleven hebben getoond.

Ook Renzen en Noorlander kwamen al aan het woord. Renzen sprak zijn medeleven uit met de nabestaanden en zei dat de beklaagden hebben meegewerkt om de oorzaak van het ongeluk te achterhalen. Ook zei hij dat Noorlander en hij ten onrechte schuldig worden geacht aan de dood van de kinderen.

Morgen komt de verdediging van de verdachten, die onder meer bestaat uit het advocatenkoppel Geert-Jan en Carry Knoops, aan het woord. De uitspraak in de zaak volgt later.