De man was ziek en zat thuis. Toen hij eerder thuiskwam, hoorde de vrouw iets wat ze niet had mogen horen.

— Overdrijf niet. Trouwens, Aleksandra Pavlovna zoekt managers voor het Europese kantoor. Misschien stuur je je cv?

— Maak je me belachelijk?

— Nee, serieus. Ze is niet wraakzuchtig. Business is business. Als iemand goed is, neemt ze hem aan.

— Dank je, ik pas.

Hermann hing op. Werken voor zijn ex-vrouw? NOOIT! Alhoewel… de salarissen daar zijn vast goed. En doorgroeimogelijkheden…

NEE. Zijn trots zou het niet toelaten.

Een jaar later werkte Hermann nog steeds in de elektronicazaak. Aleksandra opende kantoren in Parijs, Londen en Berlijn.

Op Hermanns verjaardag — hij werd zevenendertig — kreeg hij een kaart. Zonder afzender, maar hij herkende Aleksandra’s handschrift: ‘Hermann, ik wens je toe dat je vindt wat écht belangrijk is. En dat je leert het te waarderen.’

Lang staarde hij naar de kaart. Daarna stopte hij haar in een lade.

Die avond belde zijn moeder.

— Gera, ik zat te denken… Misschien moet je je verontschuldigen bij Aleksandra? Misschien vergeeft ze je?

— Mam, zij leeft al een ander leven. Laat het.

— Probeer het toch! Wat kost het je?

— Mijn waardigheid, mam. Het laatste wat ik nog heb.

— Waardigheid! — snoof Emilia Arkadjevna. — Welke waardigheid? Je hebt een vrouw verraden die van je hield, je bent met niets achtergebleven, en nu heb je het over waardigheid?

Hermann antwoordde niet. Zijn moeder had, zoals altijd, gelijk.

’s Nachts kon hij niet slapen. Hij dacht terug aan hoe hij Aleksandra had leren kennen. Een bedrijfsfeest in een hotel, zij als vertegenwoordiger van de opdrachtgever, hij als salesmanager. Ze vertelde over haar plannen om het beste reclamebureau van het land te bouwen, haar ogen fonkelden… En hij had toen gedacht: ‘Energiek, slim, veelbelovend. Precies wat ik nodig heb.’

Alleen vergiste hij zich in het belangrijkste. Hij dacht dat hij haar energie en verstand voor zijn eigen doelen kon gebruiken. Maar zij bleek sterker. Slimmer. En uiteindelijk — succesvoller.

Hermann was al lang gestopt met plannen maken — elke dag leek op de vorige: werk, thuis, slapen. Toen op een bedrijfsborrel een leuke verkoopster van de afdeling naast hem een praatje probeerde aan te knopen, liep hij snel weg — de angst voor afwijzing en eenzaamheid verlamde hem sterker dan de pijn van het verleden.

Ondertussen opende Aleksandra haar derde Europese kantoor, verscheen ze op de covers van zakelijke tijdschriften en gaf ze interviews over de geheimen van succes — werk was haar roeping geworden, haar passie en de bron van echt geluk, dat van niemand afhing.