‘Ik weet heel veel,’ zei Jimena met een beleefde glimlach en een strenge blik. ‘Ik weet bijvoorbeeld dat dit niet de eerste keer is dat u met mijn man in dit hotel verblijft. Vorige maand in het Mesón del Río, twee maanden geleden in het Continental. Moet ik doorgaan?’
Tomás voelde de hal onder zijn voeten wegzakken.
“Jimena, het is niet wat je denkt…”
‘O, echt?’ onderbrak ze hem. ‘Want het schijnt dat je je geliefde hebt meegenomen naar een luxehotel met de creditcard die aan onze gezamenlijke rekening is gekoppeld. Precies dezelfde rekening die ik de afgelopen zes maanden in de gaten heb gehouden.’
‘Ik weet heel veel dingen.’ De receptioniste verstijfde, aarzelend tussen bukken en verdwijnen. Aan de zijkant, in de deuropening van een kantoor, keek een andere vrouw in een donker pak toe, met haar armen over elkaar, alsof ze dit moment had geoefend.
“Spioneerde je me?” flapte Tomás eruit, terwijl hij probeerde zijn kalmte te hervinden.
“Spionage?” Jimena lachte sarcastisch. “Tomás, je deed niet eens je best om origineel te zijn. ‘Kantoorfeestjes’ die je assistent niet kon bevestigen. ‘Conferenties’ in het weekend waar je baas nooit iets over zei. Hotelrekeningen op de gezamenlijke creditcard. Ik hoefde je niet te bespioneren. Ik hoefde alleen maar voorzichtig te zijn.”
Nadia deed een stap achteruit.
“Ik… ik ga weg,” mompelde ze. “Ik wil geen problemen.”
‘Ga niet weg vanwege mij,’ zei Jimena, terwijl ze haar als aan de grond genageld hield. ‘Integendeel, je moet blijven. De kamer is al betaald. Geniet van de spa, bestel roomservice, maak gebruik van alle faciliteiten. Beschouw het als een compensatie voor je tijd.’
“Wat ben je aan het doen?” mompelde Tomás woedend.
‘Eerlijk gezegd,’ antwoordde ze, ‘heeft Nadia je niets beloofd. Jij bent degene die de beloftes heeft gedaan. Ze verdient op zijn minst een rustige nacht. Jij daarentegen…’
Nadia keek haar trillend aan.
“Het spijt me, mevrouw Briones. Ik wist echt niet dat hij getrouwd was. Hij draagt geen trouwring als hij op reis is.”
‘Ik geloof je,’ zei Jimena, ditmaal met een vleugje oprecht medeleven. ‘Het is niet de eerste keer dat hij deze truc gebruikt.’
Nadia griste de magneetkaart uit Tomás’ handen, rukte hem er bijna af en rende naar de liften.
Tomás wilde haar volgen, maar Jimena versperde zijn weg met een enkele blik.
‘Kunnen we dit even onder vier ogen bespreken?’ vroeg hij.
