Ik heb niets geannuleerd.
Ik ben gewoon weggelopen.
Vierentwintig uur later landden ze in Zürich, in de verwachting van comfort en luxe. In plaats daarvan begon mijn telefoon te trillen.
“In welk hotel moeten we inchecken? De chauffeur zegt dat hij uw bevestiging nodig heeft.”
Toen kwam er nog een bericht: “Ze zeggen dat de hoofdklant aanwezig moet zijn… dat bent u toch?”
Ik zette koffie en keek hoe de meldingen zich opstapelden.
De verwarring maakte plaats voor urgentie. De toon van mijn moeder veranderde. “Ze willen ons de ruimte niet geven. Ze zeggen dat alleen jij mag tekenen.”
Lily stuurde vervolgens een bericht: “Heb je dat expres gedaan? Dat is gênant.”
Ze hadden geen idee.
Een reservering voor het diner in een restaurant met een Michelinster? Afgewezen.
Treinkaartjes naar Italië? Ongeldig.
Privérondleiding door het Louvre? Afgewezen.
Dinercruise op de Seine? Verboden aan boord.
Elke ervaring waarvan ze dachten dat ze ervan konden genieten zonder mij, viel stilletjes in duigen, omdat het ontbrekende stukje altijd hetzelfde was: ik.
De volgende dag belde mijn vader. Zijn stem klonk vermoeid. “Emily… kunnen we even praten?”
UITSLUITEND TER ILLUSTRATIE
vervolg op de volgende pagina
