“Is alles in orde?” vroeg ik terwijl ik weer ging zitten.
‘Natuurlijk, mam,’ antwoordde Rachel met een glimlach die zo stijf en geforceerd was dat hij haar ogen niet bereikte. ‘Ik vertelde Derek net nog hoe trots ik op je ben.’
Ik knikte en bracht mijn glas cranberrysap naar mijn lippen. Ik stond op het punt te drinken toen ik iets opmerkte: er was een lichte troebelheid op de bodem van het glas ontstaan, alsof er haastig iets door de rode vloeistof was geroerd. Een rilling liep over mijn rug. Ik zette het glas neer zonder het aan te raken.
‘Wie wil er een toetje?’ vroeg ik luchtig, terwijl ik probeerde de opkomende paniek in me te verbergen. Het diner sleepte zich nog een half uur voort. Ik bestelde vers vruchtensap, omdat ik vond dat het eerste te zoet was, en observeerde hen. Elke glimlach leek geforceerd, elke beweging nerveus. Ik bekeek hen beiden met een nieuwe, angstaanjagende helderheid.
Toen we uiteindelijk buiten afscheid namen, omhelsde Rachel me met een vreemde, bijna wanhopige omhelzing.
