Jevgeni vroeg eens of ik niet bang ben dat ik er op latere leeftijd spijt van krijg. Ik antwoordde eerlijk: nee. Spijt kun je hebben van wat je níet hebt gedaan. Maar ik heb alles gedaan. Ik ben weggegaan, ik heb standgehouden, ik heb een leven opgebouwd. En ik heb de deur dichtgedaan voor degenen die zeven jaar geleden de deur voor mij dichtgooiden.
Alleen zij — met geschreeuw en vervloekingen. En ik — rustig, zonder overbodige woorden. Ik draaide de sleutel om en liep verder.
Ze noemden mij niemand. Maar niemand bleken zij te zijn — mensen zonder dankbaarheid, zonder respect, zonder het vermogen zich te verheugen in het succes van een ander. Ik ben geworden wie ik wilde zijn.
De deur is dicht. Voor altijd.
