Je hebt dit probleem vast wel eens gezien: een koe wordt gekocht en verkocht, er worden geldbedragen over en weer betaald… en dan komt de lastige vraag: “Hoeveel heeft ze opgebracht?” Je denkt het te weten, maar als je het natelt, raak je de draad kwijt. Geen zorgen, het ligt niet aan je wiskundige vaardigheden: je hersenen raken gewoon afgeleid door de grote getallen. Het goede nieuws? Met een heel simpele methode wordt het antwoord glashelder.
Het koeienraadsel: waarom we het zo vaak fout hebben.
Het verhaal gaat in zijn eenvoudigste vorm ongeveer als volgt:
Je koopt een koe voor €800.
Je verkoopt haar voor €1.000.
Je koopt nog een koe voor €1.100.
Je verkoopt haar voor €1.300.
Tot slot de beroemde vraag: wat is de totale winst?
We beginnen instinctief de bedragen bij elkaar op te tellen, halen aankopen en verkopen door elkaar en raken uiteindelijk de weg kwijt. De valkuil zit hem in een detail: we verwarren cashflow (wat er binnenkomt, wat er uitgaat) met winst (het verschil tussen beide, maar alleen wanneer een “verhaal” compleet is).
De eenvoudige methode: denk in termen van ‘transacties’ in plaats van grote aantallen.
Om de zaken helder te zien, hoeven we alleen maar onze kijk op het probleem te veranderen:
We zien de koe niet langer als één ingewikkeld verhaal, maar als twee afzonderlijke transacties.
Elke transactie is:
1 aankoop → 1 verkoop → 1 winst.
