Op mijn verjaardag beweerde mijn schoonzus dat ik op kosten van de familie leef, maar haar woorden keerden zich tegen haar

— Anna, mag ik met je praten?

— Dat mag.

— Ik wilde gisteren niet zeggen wat ik zei. Ik was gewoon nerveus, de examens komen eraan, ik ben gestrest…

— Op je eenentwintigste is het tijd om verantwoordelijkheid te nemen voor je woorden, — antwoordde Anna rustig.

— Ik begrijp het. En ik ga akkoord met al jullie voorwaarden. Maar… mag ik nog een maand blijven? Tot ik een plek in het studentenhuis vind en de papieren geregeld zijn?

Anna nam een slok koffie en dacht even na:

— Eén maand, geen dag langer. Maar de financiering stopt vanaf vandaag. En geen woord meer over Baikal.

— Begrepen, — zei Katja zacht.

Een week later vond Katja werk als serveerster in een café vlakbij haar universiteit — ze werkte in het weekend en op dagen dat ze vrij was van college. Het salaris was klein, maar het waren tenminste haar eigen verdiende centen. De reis naar Baikal moest worden afgezegd — ze had niet eens genoeg voor een vliegticket naar Irkoetsk.

Een maand later kreeg de schoonzus een plek in het studentenhuis en vertrok ze uit de studio. Het appartement werd snel verhuurd aan nieuwe huurders — een jong stel uit de provincie, netjes en betrouwbaar. De vijftigduizend roebel per maand kwamen terug in het gezinsbudget.

En Anna begreep iets belangrijks: een verjaardag is soms niet alleen een feest, maar ook een aanleiding om alle puntjes op de i te zetten. Vooral wanneer woorden die in een opwelling worden uitgesproken, zich tegen degene keren die ze heeft gezegd.