zelfgemaakte appeltaart

Verwarm de oven voor op 175 °C (160 °C hetelucht). Vet een springvorm (Ø 24 cm) in en bekleed de bodem met bakpapier.
Bodem en zijkanten:
Klop de zachte boter met de helft van de suiker (75 g) en het vanille-extract tot een romige massa. Voeg de eieren één voor één toe en klop kort na elke toevoeging. Zeef de bloem, het bakpoeder en het zout in de kom en spatel tot een glad mengsel. Giet ⅔ van het beslag in de vorm en druk het gelijkmatig aan, inclusief de randen.
Appelvulling:
Meng de appelschijfjes met de resterende suiker (75 g) en kaneel in een grote kom. Verdeel de appels dakpansgewijs over het beslag.
Topping:
Verkruimel het resterende beslag over de appels (kruimel- of ruitjespatroon).
Bakken:
Bak de taart ongeveer 45-50 minuten, tot de bovenkant goudbruin is en de appels zacht zijn. Dek de taart na 35 minuten losjes af met aluminiumfolie als de korst te snel bruin wordt.
Afkoelen:
Laat de taart 15 minuten in de vorm afkoelen voordat u hem uit de springvorm haalt. Laat hem volledig afkoelen op een rooster.