— Zolang je niet al het geld terugbrengt dat je uit mijn spaarpot aan je broer hebt gegeven, hoef je niet meer naar huis te komen! Ik spaarde dat geld niet voor hem, maar om een auto voor mezelf te kopen! Dus ga naar hem toe en haal het terug, hoe je dat ook doet!

— Inga, hou nou op met dat toneel, — begon hij op neerbuigende toon. — We zijn toch familie. Romka heeft zijn best voor ons gedaan, voor mij en Lera. Hij wilde het beste. En jij maakt zo’n drama om een paar papiertjes. Kom op, dat is toch niet serieus. We zijn toch geen vreemden. We gaan lekker weg, komen terug, en dan lossen we het later wel op, op de een of andere manier.

Roma knikte achter hem instemmend, dankbaar kijkend naar zijn broer. Zie je wel — íemand begrijpt het! Íemand ziet de situatie zoals die is! Inga draaide langzaam haar hoofd. Maar ze keek niet naar Denis en ook niet naar Roma. Haar blik, kalm en recht, boorde zich in Lera. Het meisje schrok en deed instinctief een half stapje achteruit.

— Lera, ben je blij met je reis naar Thailand? — vroeg Inga zacht, maar zó duidelijk dat het leek alsof de rinkelende stilte barstte.

— Ik… eh… ja, — stamelde Lera, niet begrijpend waar dit naartoe ging.

— Dat is goed, — knikte Inga. — Je hebt hem verdiend. Ik wil dat je weet wat hij kost. Niet in roebels. In iets anders. Hij kost honderdzesenveertig metroritten in plaats van ’s avonds laat een taxi, als ik half dood van vermoeidheid was. Hij kost acht maanden zonder nieuwe kleren, terwijl de oude al helemaal versleten waren.

Hij kost het niet kopen van goede winterlaarzen, waardoor ik de hele vorige winter in oude ben blijven lopen, met een loslatende zool, en constant bang was dat ik natte voeten zou krijgen. Hij kost elke lunch die ik van thuis in een bakje meenam, terwijl mijn collega’s naar een café gingen. Dat lag allemaal in die doos.

Ze sprak vlak, zonder drama, somde gewoon feiten op. En elke feit sloeg Lera vol in het gezicht, als een klap. Haar gezicht werd van verlegen bleek, daarna kwamen er rode vlekken van vernedering op. Ze keek afwisselend naar Inga en naar haar nieuwe manicure, en haar lippen begonnen te trillen.

— Die reis kost mijn droom, — ging Inga verder, zonder haar ogen van haar af te wenden. — Ik wilde geen auto om ermee te pronken. Ik wilde mijn ouder wordende moeder naar de datsja kunnen brengen zonder haar door treinen te slepen. Ik wilde me vrij voelen. En jouw vriend, — ze knikte naar Denis, — besloot dat zijn wens om jou te vermaken belangrijker was.

En mijn man, — haar blik gleed langs Roma, — besloot dat mijn droom gewoon een hulpbron is die je zonder te vragen kunt pakken en aan andermans grillen kunt geven. Dus geniet van je vakantie, Lera. Jij zult op een strand liggen dat is betaald met mijn natte voeten en mijn lege maag.

Dat was het. De bom was ontploft. Lera keek Denis vol afgrijzen aan. In haar ogen zat geen liefde meer en geen voorpret voor de vakantie. Alleen schaamte en walging.

— Jij… Jij zei dat hij het had geleend! Dat het gewoon hulp was! — haar stem sloeg over. — Je hebt niet gezegd dat hij gestolen heeft! Van haar!

— Hou toch op met naar haar te luisteren! — brulde Denis, al zijn gespeelde kalmte kwijt. — Ze manipuleert je!