— Zeg dan dat het een grap is!
— Ik… wil ze nog een beetje plagen, — mompelde hij onzeker.
— Mensen voor de gek houden is niet grappig. Je beloofde de waarheid te vertellen.
— Dat doe ik! Maar eerst praat jij met Kamilla. Zij vraagt om advies.
— Goed, — zuchtte Liza. — Maar in ruil breng me dan naar het weeshuis. Stuur de bloemen ook maar daarheen — voor het personeel.
In het weeshuis werd Liza als familie ontvangen. De oudere garderobemeester Matrena Ivanovna keek Kirill wantrouwig aan:
— Ben jij de verloofde van onze Liza?
— Zo kun je het wel zeggen, — glimlachte hij.
— Maak me niet gek! Ik ken haar sinds ze klein was — ik zal haar beschermen.
Kirill realiseerde zich plotseling: dit was diezelfde ‘oma Matrena’ waar Liza het bij hun kennismaking over had gehad.
— Ik zal haar niet kwetsen. En vertel eens over haar?
— Waarom niet? — ging de garderobemeester gemakkelijk zitten. — Luister…
In de winter, kort voor Nieuwjaar 2004, werd er een pasgeboren meisje gevonden op de stoep van het weeshuis. Het was diep in de nacht — hoewel het pas zes uur ’s avonds was, had de duisternis alles al omhuld.
Matrena Ivanovna haastte zich naar haar werk: die dag werd er een feestelijke ochtend en een gemaskerd bal voor Nieuwjaarsdag georganiseerd. De kinderen hadden extra aandacht nodig.
