Hij heeft me alleen opgevoed. Na zijn begrafenis ontdekte ik het geheim dat hij zijn hele leven verborgen had gehouden.

“Plaatsing in een pleeggezin.”

Ik heb niet gehuild. Ik heb niet geschreeuwd.

Ik was doodsbang.

Ik was ervan overtuigd dat dit betekende dat ik zou verdwijnen, ver, heel ver weg van alles, vergeten door al diegenen die van me hadden gehouden.

Toen kwam mijn grootvader binnen.

Hij was vijfenzestig jaar oud, al uitgeput door jarenlang hard werken, met een stijve rug en pijnlijke knieën. Hij zag de kamer vol ruziënde volwassenen, liep recht naar het midden van de woonkamer en sloeg met zijn vuist op tafel.

“Ze gaat met me mee,” zei hij.

“Het is definitief.”

Vanaf dat moment werd hij mijn hele wereld.

Hij gaf me de grootste kamer en verhuisde zelf zonder aarzeling naar de kleinste. Hij leerde zichzelf ‘s avonds laat mijn haar vlechten door online tutorials te bekijken. Hij maakte elke ochtend mijn lunch klaar, ging naar alle schoolvoorstellingen en schoof stiekem op de kleine stoeltjes tijdens ouderavonden.

Voor mij was hij niet zomaar mijn grootvader.

Hij was mijn held.

Toen ik tien jaar oud was, vertelde ik hem vol overtuiging:

vervolg op de volgende pagina