Hoofdstuk 3: De nasleep
De volgende ochtend ging hij naar zijn werk en kwam niet thuis slapen.
Ik huilde niet. Ik zette gewoon sterke koffie, gooide de ramen open en begon aan een grote schoonmaak. Ik begon met zijn lade in de badkamer, daarna zijn plank in de kast, en haalde vervolgens uit de koelkast alle sporen van zijn culinaire experimenten weg. Er bleven alleen mijn favoriete kazen over, verse kruiden en een pot frambozenjam van oma.
Elke handeling voelde als bevrijding. Alsof ik stukjes van mezelf terugnam.
Twee dagen later kwam hij terug. Klopte aan. Belde niet, schreef niet — stond gewoon bij de deur met een tas en neergeslagen ogen.
— Ik dacht… Misschien kunnen we het nog goedmaken? Ik kan voorlopig bij een vriend slapen, maar…
— Timur, — onderbrak ik hem, — je bent een volwassen man. Zoek een oplossing die mij er niet bij betrekt. Succes ermee.
Ik deed de deur dicht. Voor het eerst in lange tijd — met een licht hart.
Hoofdstuk 4: Wedergeboorte
Het leven zonder Timur voelde verrassend ruim. Niet fysiek — emotioneel.
Ik begon terug te nemen wat ik kwijt was. Ging weer afspreken met vrienden, maakte avondrondjes hardlopen, schreef me in bij een dansstudio — iets waar ik al lang van droomde maar “nooit tijd voor had”.
Kat Roza spinde nu extra hard. En ik lachte vaker. Soms werd ik ’s ochtends wakker en dacht: En te bedenken dat ik in die schaduw had kunnen blijven… als ik bang was geweest voor eenzaamheid.
Maar eenzaamheid bleek een illusie. Ik had mezelf — en dat was genoeg.
Hoofdstuk 5: Een nieuwe blik
Een maand later kreeg ik een bericht van een man uit de dansstudio. Anton. Lang, rustig, met een warme glimlach. Hij stelde voor om naar een tentoonstelling te gaan. We praatten over boeken, reizen, wijn en een leven zonder compromissen.
Hij drong niet aan. Drong zich niet op. Hij was er gewoon.
Ik maakte me geen illusies. Ik genoot gewoon van het moment. Bewust. In rust.
En toen hij op een dag zei: “Je bent bijzonder. Alsof je niet bang bent om jezelf te zijn”, glimlachte ik.
Want nu was ik daar echt niet meer bang voor.
