Mijn buurvrouw hield vol dat ze mijn dochter thuis had gezien tijdens schooltijd, dus deed ik alsof ik naar mijn werk ging en verstopte me onder het bed. Een paar minuten later hoorde ik meerdere voetstappen op de gang.

“Ze vergist zich vast, mam. Ik ben op school, echt waar.”

Ik bespeurde echter een vleugje bezorgdheid achter haar glimlach.

Ik probeerde te slapen, maar mijn gedachten bleven maar rondspoken. Wat als ze me niet alles vertelde? Wat als ze een duister geheim voor me verborgen hield?

Om twee uur ‘s nachts wist ik dat ik antwoorden nodig had.

De volgende dag deed ik alsof er niets gebeurd was.

“Fijne schooldag,” zei ik tegen Lily, die om half acht wegging.

‘Jij ook, mam,’ antwoordde ze zachtjes.

Vijftien minuten later glipte ik stilletjes terug naar binnen, parkeerde vlakbij en ging naar binnen. Mijn hart bonkte in mijn keel toen ik de deur op slot deed en naar Lily’s kamer liep.

Alles was onberispelijk. Té onberispelijk.

Als ze overdag thuiskwam, zou ze niet verwachten me daar aan te treffen.

Ik liet me op de grond vallen en gleed voorzichtig onder het bed.

De ruimte was krap en stoffig. Ik zette mijn telefoon op stil en wachtte.

9:00 uur. Niets.

9:20 uur. Nog steeds niets. Mijn benen begonnen pijn te doen. Misschien had ik het me wel ingebeeld.

Dan…

De voordeur ging open.

Ik verstijfde.

Zachte voetstappen. Verschillende. Voorzichtig, discreet, zoals die van kinderen die proberen vergeten te worden.

Ik hield mijn adem in.

“Sst,” fluisterde iemand.

Lily’s stem.

Ze was teruggekeerd.

En ze was niet de enige.

vervolg op de volgende pagina