Pasja was vergeten te betalen. Een maand geleden had ze hem geld gegeven, vijfduizend. Hij zei dat hij betaald had. En hij… had het opgedronken? Of ook aan Katja gegeven?
Ze zat in het donker, op het vieze matje in de hal.
Misjka kwam uit de kamer.
— Mam, ben je thuis? Ik kan mijn huiswerk niet afmaken, het is donker en ik heb honger.
Alla keek naar haar zoon.
— Zo, lieverd, zo verzinnen we wel iets.
Ze stond op en liep naar de slaapkamer.
Pavel lag op de bank te slapen, in zijn kleren. Naast hem op de vloer lag een lege wodkafles. Hij stonk naar alcohol, het prikte in haar ogen.
Hij snurkte fluitend, met zijn armen wijd, als een heer des huizes. Onder de deken had hij het warm en het kon hem niets schelen — de hypotheek niet, het licht niet, zijn hongerige zoon niet.
Alla keek naar hem en voelde ineens leegte.
Binnenin knapte haar geduld en haar hoop dat alles nog goed zou komen.
Het komt niet goed.
Morgen rekent de bank boetes, over drie dagen komen ze het appartement beschrijven. Ze kan nergens heen. Haar moeder is er niet meer, haar vader ook niet. Ze zullen dakloos worden omdat deze… besloot voor goede broer te spelen.
Ze kreeg de neiging om de zware gietijzeren koekenpan uit de keuken te pakken en hem op zijn hoofd te laten neerkomen. Zodat hij zijn mond hield en stopte met snurken.
Maar ze had zelfs daar geen kracht voor.
Alla ging op de rand van de bank zitten en huilde stil, zonder geluid, terwijl ze op haar vuist beet om Misjka niet bang te maken.
— “Ik ben toch een man, ik moet mijn zus helpen!” — had hij gisteren geschreeuwd, terwijl hij ons laatste geld weggaf. En vandaag sliep hij, terwijl ze ons de stroom afsloten. Ik keek naar de sleutels in de hal en begreep: er is een uitweg.
’s Ochtends stond Alla bij het eerste licht op.
Haar ogen waren droog, rood, boos.
Pavel sliep nog, kwijlend op het kussen.
Alla liep naar het kastje in de hal.
Daar lagen de sleutels.
De sleutels van de Lada Vesta — Pasja’s lieveling, die hij drie jaar geleden op krediet had gekocht. Elk weekend waste hij haar, kocht luchtverfrissers en hoezen, zelfs als er thuis geen brood was.
Alla pakte de sleutels.
Ze ging niet naar de auto, maar pakte haar telefoon.
Ze vond het kaartje dat een week geleden in de brievenbus was gegooid.
“Auto-opkoop, elke staat, direct geld. Probleemgevallen, schade, zonder papieren. Asjot.”
Ze belde het nummer.
— Hallo? Asjot?
— Ja, ik luister, schoonheid. Wil je iets verkopen?
— Ja, een Lada Vesta, bouwjaar 2021. Wit, perfecte staat.
— O, mooie auto. Heb je de papieren?
— De PTS is bij mijn man, hij slaapt. Ik heb de kentekenkaart en de sleutels. Het is dringend. Neem je haar voor onderdelen? Of zo, voor de sloop?
— Zonder PTS wordt het goedkoop, zus. Risico’s, snap je.
