Eerste stap: de politie.
“— Mijn hond is gestolen. Nou ja, mijn man heeft haar het huis uitgezet.”
De agent, zonder op te kijken van zijn thee met koekje, antwoordde:
“— Heeft u aangifte gedaan tegen uw man?”
En daarmee was dat hoofdstuk afgesloten.
Volgende stap: bewakingscamera’s.

Gewapend met een vriendin, een zak koekjes en haar zenuwen, begon Larisa alle winkels en portieken af te gaan. Als er beelden waren — keek ze die terug. Als die er niet waren — stelde ze voor er een te installeren.
De eigenaresse van het shoarmatentje had een paar minuten video:
Op het scherm: Vadim in een korte broek met ananassen (ja, dat is belangrijk), en naast hem — Zjoezja. Zonder riem. Ze kijkt hem vragend aan, maar gehoorzaam. Hij klapt in zijn handen — zij gaat zitten. Daarna stopt de opname.
En dat was het. Spoor dood.
Daarna — de asielen.
