Vóór de dood van mijn vader woonden we met z’n drieën in zijn huis: mijn vader, ik en mijn oudere zus (35). Eerlijk gezegd was ze er zelden. Ze leek zich nooit echt onderdeel van de familie te voelen. Het huis was voor haar meer een toevluchtsoord dan een thuis.
Mijn vader is twee weken geleden overleden. We waren ongelooflijk close, in tegenstelling tot mijn zus, die altijd afstand hield.
Toen kwam het testament.
Bij de advocaat hoorden we dat mijn vader het hele huis aan mijn zus had nagelaten. En ik? Ik kreeg zijn oude horloge.
Ik viel bijna flauw toen ik het in mijn hand hield. Het voelde alsof ik een stukje van hem in mijn hand hield.
We woonden een paar dagen onder hetzelfde dak, totdat mijn zus plotseling tegen me zei: “Dat is het. Onze wegen scheiden hier. Je moet gaan.”
Ik was net thuis van mijn werk. En mijn spullen? Al ingepakt en bij de deur neergezet.
In paniek belde ik onze advocaat en vertelde hem dat mijn zus mij het huis had uitgezet en dat ik advies nodig had.
Wordt vervolgd op de volgende pagina
