Ze keek me aan, haar glimlach stralend en professioneel. “Oh, hallo Nora. Wat een mooie trui heb je.” Ze keek naar mijn eenvoudige grijze kasjmier trui, waar ik drie maanden voor had gespaard. Voordat ik kon antwoorden, klapte papa in zijn handen, zijn stem trillend van een geveinsde opwinding die ik maar al te goed kende. “Goed. Goed, iedereen. Trek je jas aan. Het grote evenement is buiten.”
‘Papa, het is ijskoud!’ pruilde Lily, terwijl ze haar zijden ochtendjas steviger vastgreep. ‘Geloof me,’ zei hij, met een twinkeling in zijn ogen en nog steeds filmend. ‘Je zult het niet geloven, Lily. Dit verandert alles.’ De spanning in de kamer verdween. Dit was het moment waarop we hadden gewacht. Mama leidde ons naar de voordeur, die uitkwam op de oprit en de vrijstaande garage. We stonden daar te rillen op de trappen.
Het sneeuwde lichtjes en bedekte de perfect onderhouden gazons van de woonwijk. Mijn vader, met een brede glimlach, hield zijn telefoon omhoog. “Dus, klaar, Liybug?” vroeg hij. Hij richtte zijn afstandsbediening op de garage en drukte op de knop. De zware garagedeur kraakte open en zwaaide langzaam open als een theatergordijn.
vervolg op de volgende pagina
