“Rode rozen als afscheid”

Hij leunde achterover in zijn leren stoel, vouwde zijn vingers op zijn buik en sprak bedachtzaam, alsof hij een ingestudeerde tekst voordroeg:

— Begrijpt u, het bedrijf heeft behoefte aan een frisse blik. Aan nieuwe energie. U begrijpt dat toch…

Ik keek naar zijn verzorgde gezicht, naar de stropdas die ik zelf voor hem had uitgezocht voor het bedrijfsfeest van vorig jaar, en dacht: “Ja, Gena. Ik begrijp alles.”

De investeerders hadden een onafhankelijke audit geëist. En hij was doodsbang dat de enige die het hele plaatje overzag — ik was. Dat was de hele verklaring.

Hoofdstuk 1. De eerste barsten

De telefoon ging laat in de avond. Ik zette de luidspreker aan — mijn man en zoon zaten naast me.

— Olga? — Gennadiy’s stem beefde. — Ik heb de map bekeken. Waar heb je dit allemaal vandaan?

— Uit openbare bronnen, — antwoordde ik kalm. — Uit dezelfde waar jij ook toegang toe had. Het verschil is dat ik wél twee en twee bij elkaar kon optellen.

Hij hijgde, alsof er een onzichtbare last op hem neerdaalde.

— Luister, laten we een regeling treffen. Je wilt toch geen schandaal. Ik ben bereid je te compenseren…

Ik lachte. Zelfs voor mijzelf klonk mijn lach onverwacht.

— Gena, ik hoef je geld niet. Ik wil maar één ding: dat de waarheid naar buiten komt.

Het werd stil aan de andere kant. De seconden sleepten zich tergend voort. Eindelijk zei hij schor:

— Je begrijpt niet waar je aan begonnen bent.

— Nee, jíj begrijpt het niet, — antwoordde ik en verbrak de verbinding.

Mijn man keek me bezorgd aan:

— Denk je dat hij druk zal uitoefenen?

— Natuurlijk. Maar hij heeft weinig tijd. Morgenochtend ligt de map al bij de investeerders.

Mijn zoon glimlachte. In zijn ogen fonkelde diezelfde vastberadenheid die ik al in hem zag toen hij nog tiener was:

— Mam, we brengen dit tot het einde.

Die nacht sliep ik nauwelijks. In mij vochten angst en een vreemd gevoel van vrijheid. Ik behoorde niet langer tot dat bedrijf. Maar wat voor me lag, was een veel groter spel.

Hoofdstuk 2. Zet en tegenzet

De volgende ochtend bereikte me het nieuws dat Gennadiy plotseling “op zakenreis” was vertrokken. Zijn telefoon stond uit.

Maar tegen de middag belde Dmitriy, onze IT’er:

— Olga Nikolaevna, er is iets vreemds. Hij beval alle oude databases te verwijderen, “om de server te ontlasten”. Maar ik heb kopieën gemaakt. Ze zijn bij mij.

Ik haalde opgelucht adem.

— Bewaar ze alsof je leven ervan afhangt. Dit kan doorslaggevend zijn.

— Begrijp ik, — zei hij kort en verbrak de verbinding.

Ik wist: ik had nu niet alleen een map, maar een heel arsenaal in handen.

Tegen de avond verscheen het eerste signaal. In mijn mailbox lag een bericht van een onbekend adres: “Olga Nikolaevna, ontmoeting. Vandaag. 21:00. Café ‘Gorki’. Zonder derden.”

Mijn man en zoon waren tegen — ze vreesden een valstrik. Maar ik besloot te gaan.

In het café wachtte een vrouw van een jaar of veertig, streng, met oplettende ogen.

— Maria Sergejevna, accountantskantoor FinKontrol. We hebben een anoniem pakket documenten ontvangen. Ik wilde zeker weten dat het echt van u kwam.

Ik knikte.

Ze legde enkele vellen op tafel — mijn eigen materiaal.

— Olga Nikolaevna, u begrijpt dat dit strafbare feiten zijn? Bent u bereid officieel te getuigen?

Ik haalde diep adem.

— Ja. Ik ben bereid.

Hoofdstuk 3. De ontmaskering

Een week later begon het onderzoek in het bedrijf.

De geruchten verspreidden zich snel: Gennadiy werd steeds bleker tijdens vergaderingen, de investeerders eisten uitleg, en de medewerkers durfden voor het eerst openlijk vragen te stellen.

Collega’s schreven me in de chat: “Je kunt je niet voorstellen wat hier gebeurt!”

Ik kon het me juist maar al te goed voorstellen.

Op een dag belde een onbekend nummer.

— Olga Nikolaevna? — een schorre mannenstem. — Bemoei u er niet verder mee. Anders krijgt u spijt.

De verbinding werd verbroken.

Mijn man balde zijn vuisten:

— Ze zijn overgestapt op bedreigingen.

Mijn zoon voegde eraan toe:

— Dat betekent dat ze echt bang zijn.

Ik voelde hetzelfde. En besloot het tot het einde door te zetten.

Hoofdstuk 4. Het proces

Na drie maanden begon de rechtszaak.

Ik zat in de zaal tegenover Gennadiy. Zijn ooit zelfverzekerde blik was nu dof, donkere kringen lagen onder zijn ogen.

Zijn advocaten probeerden mij te beschuldigen van “persoonlijke wraak”, van “manipulatie”. Maar telkens sloegen de documenten en de serverkopieën die Dmitriy had aangeleverd hun betoog aan diggelen.

Getuigen uit de medewerkers bevestigden: er waren inderdaad malversaties, geld werd weggesluisd naar offshore, en de “flexibele methodologieën” waren slechts een mooie façade.